Als ouder maak je een keuze tussen borstvoeding en fles- dan wel
kunstvoeding. Het verdere verloop is afhankelijk van een heleboel factoren,
maar die eerste beslissing, die neem jij.
En dan, na een maand of vier, vijf, bijvoeding.
Door alle smakgeluiden, veel gekwijl op de handjes (waardoor je zou
denken dat de eerste tand ook op doorbreken staat) en een baby die bij jou het
kaas van je brood af wil eten, blijkt dat het tijd is.
De eerste fruit- of groentehap. Wederom zo’n keuzemoment.
Gewone potjes, potjes met biologische hap, vers fruit en groente,
gepureerd, geprakt of in grote handzame stukken omdat Rapley zo goed in voor de
mondmotoriek (en voor het bijvoeden van eventuele huisdieren die bij je
rondlopen). Van alle kanten vliegen de adviezen om je oren en vanuit die wirwar
moet je dan bepalen wat voor jouw kindje het best is.
Ben je daar uit en zit je dan klaar met een bakje “iets”, laat plots je
kleintje zich gelden! Want sommige smaken zijn niet haar ding. Gepureerd is
bah. Grote of kleine stukken? Fruit? Of toch maar groente? Pasta, rijst,
aardappel?
Horendol kan je er als ouder van worden. Eten dat gelijk de mond weer
uitgewerkt wordt. Een hoofd dat steeds weggedraaid wordt en het plaatje is
compleet als de zoveelste hap terug gesputterd
wordt in je gezicht.
Het opwarmen van de prak duurt langer dan het effectief gebruik. En dat
is inclusief het daadwerkelijk weggooien in de prullenbak. Hoe frustrerend! Je vraagt
je dan ook af waar je de moeite precies voor doet, want niemand lijkt überhaupt
van dat hapje te genieten.
Tot opeens, eureka, je eindelijk door hebt wat je kindje wil. En alle
tips, adviezen en aanbevelingen die je gehoord en gekregen hebt worden aan de
kant gegooid worden. Je kindje maakt zelf heel duidelijk wat het best is en waar
zij voor kiest:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten